De bevolking van Thailand
In Thailand wonen ruim 60 miljoen mensen. De bevolking neemt ieder jaar toe, maar dankzij de propaganda voor ‘family-planning’ is de groei beperkt. Driekwart van de bevolking behoort tot de zogenaamde etnische groepen. De belangrijkste zijn de Siamezen, levend in het deltagebied van de belangrijke rivier de Chao Phraya, de Thai Lao, levend in noordoost Thailand, de Thai Pak Tai uit zuidelijk Thailand en de noordelijke Thai.
Verder zijn er nog vele minderheden, met name in de noordelijke berggebieden en het oosten, zoals de Lao Song, de Phu Thai, de Shan, de Yao, de Karen, de Lisu en nog vele andere groeperingen. Chinezen vormen een belangrijke groep, in de regel tweede en derde generatie-Chinezen. Diverse minderheden handhaven nog hun eigen cultuur, een belangrijk onderdeel daarvan vormen de kleurrijke klederdrachten. De Thaise bevolking is uitermate tolerant en laten bezoekers volledig in hun waarde.
Godsdiensten in Thailand
Het overgrote deel van de Thaise bevolking, zo’n 90% à 95% is boeddhist. Men hangt het zogenaamde Teravada-boeddhisme aan, dat al ruim 2000 jaar geleden uit India overwaaide. Het boeddhisme, met zijn vele prachtige tempels, heeft een rijk cultuur erfgoed nagelaten. Het belijden van het geloof is een belangrijk onderdeel van de Thai. Stap je in een taxi, dan zie je aan het spiegeltje een bloemenkransje van jasmijnen hangen; deze symboliseren de schoonheid van de leer van Boeddha.
Verder tref je overal in het land de zogenaamde geestenhuisjes aan. Bijna ieder gebouw of huis heeft zo’n huisje; het biedt plaats aan de geesten. Heb je geen onderkomen voor hen, dan zullen ze zich in je huis vestigen en wellicht problemen veroorzaken. Er worden dan ook dagelijks offers gebracht in de vorm van voedsel. Je hebt geestenhuisjes in alle soorten en maten. Ze staan meestal op een paal, verder verschillen ze. Je hebt prachtig uitgevoerde en gedecoreerde huisjes; er zijn ook eenvoudigere modellen. Er zijn stenen huizen en houten exemplaren.
Monniken in hun oranje gewaden, kaalgeschoren en met sandalen aan de voeten zijn niet weg te denken uit het straatbeeld. Zij doen ’s morgens met hun nap de ronde om voedsel op te halen. De Thai geven in principe altijd; het brengt hen volgens het boeddhisme een stapje dichterbij het nirwana. Er wordt van iedere jongeman verwacht, dat zij een poosje (van een week tot enkele maanden) als monnik leven. Zo tussen hun schooltijd en hun werkende leven in. Het wordt beschouwd als een overgangsrite en zij verwerven op die wijze aanzien voor zichzelf en hun familie. Er zijn in Thailand ruim 30.000 kloosters en een half miljoen monniken, waarvan een deel tijdelijk monnik is en het overgrote deel zijn leven aan het boeddhisme heeft gewijd.